Jawel, vanuit Mey (tussen Thurso en John O’ Groats) een verslag. Oftewel we hebben zelfs in deze noordelijke uithoek een internetverbinding. Het verbaast ons nog altijd dat we overal gebruik kunnen maken van een verbinding.
Vandaag zijn we met redelijk weer vertrokken uit Newtonmore. Via Kingussie naar de A9 en vanaf daar richting Inverness. Tot zo ver niets nieuws, gezien we deze route al een keer hadden gereden, alleen in tegengestelde richting. Al moet ik zeggen dat ik hem nu pas daadwerkelijk heb meegekregen.
Bij Inverness moesten we op een manier de Moray of Firth over, en dat ging via een schitterende brug die over het brede water heen kronkelde. Ook hier waren de uitzichten weer fantastisch.
Helaas werd naarmate we noordelijker gingen, ook het weer slechter. Veel grijze lucht en wat regen bleek, gecombineerd met de wind een vervaarlijke combinatie op de, af en toe wat smalle wegen. In Alness werd er even gestopt om wat energydrink te halen, want het vroege opstaan was toch wat tegen gevallen. Al daar werd er ook gewisseld van bestuurder, en dat bleek achteraf een goede keuze.
Zodra we de laatste landtong over waren en de weg langs de kust begonnen werd het weer echt slecht. Op zich is slecht weer nog te overzien, maar het probleem lag juist in het feit dat we niets meer zagen. Er was inmiddels een dikke mist opgetrokken, die gecombineerd met veel wind en regen een grijs gevaar betekende. Mistlampen aan en rustig rijden maar. Bochten werden pas laat gezien dus dat was af en toe een schrikmomentje. Zeker gezien de locals je op dit soort momenten nog met 90 km per uur voorbij willen. Ach, doe je best, wij doen het rustig aan.
Het schijnt een hele mooie route te zijn langs de kust, zeker gezien de uitzichten en de mooie kliffen maar helaas hebben wij er niet veel van gezien. Af en toe was het moeilijk om te zien of er na de vangrail überhaupt nog wereld was. Toch hebben we het naar ons zin gehad, juist om de hachelijke situaties die zich af en toe voordeden. Eenmaal ongeveer halverwege waren we wel even klaar met de mist en regen. We hadden er net stukken van 10 en 13% op zitten, zowel omhoog als naar beneden, en daar wordt je best wel moe van. Ondergetekende moest inmiddels ook een sanitaire stop maken, dus het eerste de beste dorp met een redelijke kern werd ingereden. Dat bleek Lybster te zijn. Recht aan de kust en alles zag er nog al verlaten uit. Maar ja, ik zou met dat weer ook de straat niet op gaan.
Ewout zag op een ruit café staan, en parkeerde de auto nog net niet binnen. Snel uitgestapt en nog voordat de eigenaars ons konden begroeten, moest ik vragen of ze een toilet hadden. De zaak bleek net nieuw en de wc was nog niet geïnstalleerd. Maar aan de overkant tegenover de bank was een openbaar toilet. Ik denk dat ik de man nogal hulpeloos heb aangekeken, want hij bood gelijk aan om te kijken of ik boven terecht kon. Boven bleek een huurappartement te zijn, waar normaliter mensen de plaats huren. Nu was er niemand te bekennen dus ik kon wel naar de wc. Opgelucht als ik was keek ik om me heen, en bleek dat er nu wel mensen in zaten, alleen waren ze niet thuis. Het is wellicht wat vreemd, maar ik was heel blij met de vriendelijkheid. Of de bewoners dat ook zijn geweest, zal ik gelukkig nooit weten.
Eenmaal weer beneden werden er een kop koffie en thee voor ons gemaakt, en dat bleken beide mokken te zijn van het formaat groot. Heerlijk onderuit gezeten hebben we ons opgewarmd aan de warme drank, terwijl we een gezellig gesprek hadden met de eigenaresse. We werden nog heel lief gecomplimenteerd met ons ‘Spot-on English’ en ze vond het leuk ons ontmoet te hebben. Zelden hebben we het zo gezellig gehad in een koud café, waarvan de schilderijen nog tegen de muren aanstonden en de verflucht nog te ruiken was. Maar we moesten verder en dus bedankten we de vrouw vriendelijk. De weg weer op, en de mist weer in.
Gelukkig was het niet ver meer op de A9 en waren we al snel bij Wick. Mooi plaatsje maar ook hier was het weer er niet naar om uit te stappen. Doorrijden dus en kijken of het verderop mooier weer is. Vanaf Wick gingen we de A99 op en sneller dan verwacht kwamen we in John O’ Groats. Normaal zal het er inderdaad heel toeristisch zijn, maar nu even niet. We hebben wat rondgelopen, maar de echte bezienswaardigheden waren net buiten deze noordelijkste plaats.
De keuze was eerst lunchen of eerst naar Duncansby Head. Het werd eerst naar de Head. Dat was al weer een goede beslissing. Door de drassige moerasgrond, met natte sokken naar het uitzichtpunt en gezien de mist even opgetrokken was konden we de drie pilaren redelijk zien. We hadden net de kans om er een paar mooie foto’s van te maken, voordat de regen opnieuw begon. We zaten net in de auto aan de lunch toen het weer vreselijk hard begon. Gelukkig maar dat we later zijn gaan lunchen.
Na de lunch naar Thurso, om te kijken of de Tesco op zondag open is of niet. Anders zouden we nu al lunch moeten halen maar gelukkig is hier alles 7 dagen per week open. Terug naar Dunnet om Dunnet Head nog even te zien. Daar ligt de meest noordelijke vuurtoren op een 120 meter hoge klif. Het was een vreemde reis er naartoe, gezien je zo hoog boven zee zit, en je meertjes tegenkomt. Eenmaal bij de vuurtoren was het weer weer slecht geworden dus het zal een schitterend gezicht zijn geweest, maar nu konden we nog maar net de bovenkant van de vuurtoren zien.
Terug de auto in en op naar onze slaapplaats. We wisten al precies waar het was doordat we er al een keer langsgereden waren.
In Mey zijn ongeveer 5 huizen en ons hotel. Van buiten ziet het er niet uit, maar dat zullen de weersomstandigheden hier aan de kust wel zijn. Eenmaal binnen bleek er een alleraardigst mannetje ons rond te leiden rond het hotel. Het was een lange uitleg, maar het was erg grappig. We konden in het hotel ook eten dus dat was weer een voordeel. Om weer de 14 mijl naar Thurso te rijden vonden we wat overdreven. We bleken in een schattig klein buitenhuisje te zitten, waar alles er weer keurig uitziet. Inmiddels hebben we weer met moeite ons avondeten opgegeten, en jeetje wat was het weer lekker. Koken kunnen ze hier zeker!
Zo meteen lekker naar bed en morgen weer vroeg op, zodat we fris zijn voor onze trip langs de westkust.
We zullen morgen wel zien hoe het weer is, gezien de ene local een soort orkaan verwacht, en de ander zegt dat het morgen wel redelijk is. Als het mooi weer blijft doen we de volle tour langs de kust, is het minder weer doen we maar een deel. Duim mee dat het weer morgen net zo is zoals het nu is, en dan maken jullie ons weer erg gelukkig. Zullen wij op onze beurt proberen om jullie gelukkig te maken met een verslag van de trip morgen. Onder voorbehoud natuurlijk, want je weet maar nooit. Voor nu een goede nacht, en dan hopelijk weer tot morgen!
Geef een antwoord